Eric Leltz  RSS feed    

Voorkeurstemmen

Maandag 29 september 2014

eric leltz

Op 19 november zijn er verkiezingen in Den Bosch. Dan kan worden gekozen uit een lijst van kandidaten. Hoe hoger op de lijst, hoe meer kans je maakt om ook in de raad te komen omdat alle stemmen op de partij worden verdeeld over de kandidaten te beginnen met de nummer 1. Maar wat moet je doen als je laag op de lijst staat en toch in de raad wil? Dan moet je zorgen dat je met voorkeurstemmen wordt gekozen. Dan gaat de eerder genoemde verdeling van stemmen namelijk niet op. De kandidaat met voorkeurstemmen krijgt voorrang. Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2010 had je 350 voorkeurstemmen nodig. Het precieze aantal is afhankelijk van de kiesdeler: het aantal uitgebrachte stemmen gedeeld door het aantal beschikbare raadszetels. De kiesdeler in 2010 was 1400. Om met voorkeurstemmen in de raad te komen moet je 25% van de kiesdeler halen. En dat was in 2010 dus 350.

Het lijkt niet veel, 350 stemmen, en in 2010 hebben buiten de lijsttrekkers ook 14 kandidaten deze grens bereikt. Maar hiervan waren 11 kandidaten toch al in de raad gekomen omdat ze hoog, dat is op een verkiesbare plaats, op de lijst stonden. Slechts 3 kandidaten stonden op een onverkiesbare plaats. De laagst genoteerde kandidaat stond op nummer 8, Hasnaoui van de PvdA. Ook is het van enkele van de 14 kandidaten met voorkeurstemmen zeer waarschijnlijk dat ze deze niet echt op persoonlijke titel (voorkeur!) hebben ontvangen. Er is op hen gestemd omdat ze een strategische plaats op de lijst innamen: de eerste allochtoon of de eerste vrouw. Zo'n kandidaat lijkt dan een stemmentrekker maar is in feite goed vervangbaar door iemand die dezelfde groep vertegenwoordigd. De plaats op de lijst is dan meer onderscheidend dan de persoon.

Dit ligt anders bij kandidaten die wel op persoonlijke titel zijn gekozen omdat ze echt een eigen achterban vertegenwoordigen en er dus heel bewust op hen is gestemd. Een voorbeeld lijkt Brok, de nummer 5 van Rosmalens Belang, hoewel zij wel de eerste vrouw op de lijst was. Zij ontving 376 stemmen. Ook hun nummer 3, van Creij komt met 875 stemmen in aanmerking maar hij stond dan weer op een verkiesbare plaats. De 201 stemmen van hun nummer 2, van Son, steken hier ietwat flets bij af. Het beste voorbeeld is daarom Eugster bij het CDA. Nummer 7 maar wel met 479 stemmen. Heel wat meer dan nummer 3, Wagemakers, met 125 stemmen. Het aantal kandidaten dat echt met voorkeurstemmen in de raad komt is dus gering.

Maar circa 350 stemmen, en als de opkomst laag is nog minder, is ook weer niet onoverbrugbaar. Hoe kom je hier dan aan als je toch in de raad wil? Daar schrijf ik een volgende keer over.

 

Geplaatst in verkiezingen | Er is 1 reactie

Opkomst

Woensdag 17 september 2014

eric leltz

Op 19 november aanstaande zijn er gemeenteraadsverkiezingen in Den Bosch. De gemeente heeft een wedstrijd uitgeschreven om de opkomst te bevorderen. Hier hebben 39 inwoners op gereageerd met in totaal 50 ideeën. Het resultaat laat veel voor de hand liggende ideeën zien zoals stemmen in aparte locaties, een Facebook pagina en sandwichmannen die door winkelcentra lopen.

Wat dat betreft had de gemeente beter eerst kunnen “gluren bij de buren”. Een zoekopdracht op Internet had al snel een groslijst van ideeën opgeleverd waar andere gemeente al mee hebben geëxperimenteerd. Dan hadden de inzenders hier op kunnen voortborduren en was wellicht de kwaliteit van de inzendingen hoger en het “out of the box” gehalte groter geweest. De inzendingen focussen nu erg op kwantiteit, het verhogen van het aantal stemmers. Dit met de gedachte dat hoe meer mensen stemmen hoe beter dit is voor het democratisch proces. Dit is nog maar de vraag. Lees het maar na in de onderzoeken die hiernaar zijn gedaan in landen waar opkomstplicht is. Om de kwaliteit te verhogen is het beter om mensen te laten verlangen. “Wie wil dat mensen boten bouwen moet ze laten verlangen naar de zee” zei de schrijver van “De kleine prins” Antoine de Saint-Exupéry al. Dan zou je mensen dus moeten verleiden om de lokale programma’s door te nemen zodat ze, gefundeerd en met liefde, hun stemkeuze willen maken.

Het winnende idee is een inktpotje. Daar wordt meteen veel van verwacht. Teveel lijkt me omdat mensen toch wat terugdeinzen voor inkt. Het inktpotje is een kopie van het stemmen in minder ontwikkelde democratieën. Daar wordt na het stemmen de vinger in de inkt (of verf) gedoopt als teken dat je al hebt gestemd. Dit om dubbelstemmen te voorkomen. In Amerika wordt soms een variant gebruikt. Je ontvangt na het stemmen een sticker met de tekst “I voted”. Hier kan dan aan gekoppeld worden dat je met de sticker een kop koffie kunt halen bij een restaurant.

eric leltz

De opkomst wordt fors verhoogd als er in de gemeente duidelijk onderscheidende zaken spelen die commotie en emotie te weeg brengen. Het woord emotie betekent dan ook letterlijk “iets wat je aanzet tot bewegen”. Zo’n sfeer van urgentie creëren waarbij ieder voelt dat stemmen er toe doet is helaas niet altijd mogelijk. En het gevaar is ook dat de gemeentepolitiek wordt verengd tot het issue dat speelt. Bijvoorbeeld het wel of niet aanleggen van een weg. Goed werkt ook persoonlijke benadering. Dit kan met social media zoals email, facebook en ook sms, heel goed. Deze media kunnen ook worden gebruikt om de uitslag terug te koppelen en om te bedanken. Onder social media valt ook het laten ontwerpen van een verkiezingsgame die als ‘app’ kan worden gedownload. Dit zou een mooie en uitdagende opdracht zijn voor een van de (hoge)scholen in Den Bosch. Onder persoonlijke benadering valt ook canvassen, het langs de deur gaan in wijken. Doe dit dan met meer of minder bekende Bosschenaren. Denk dan aan de burgemeester maar ook aan sporters. Dit kunnen ook zeer lokale “beroemdheden” zijn als het maar aansprekende figuren zijn met enige autoriteit in de wijk of buurt. Ook helpt het door de groep “niet stemmers” apart te benaderen en dus niet te zien als één homogene groep. Iedere groep leeft in een andere sociale omgeving. Deze groepen kunnen worden benaderd via maatschappelijke organisaties: welzijnswerk, scholen, jongerenorganisaties, kunstenaarscollectief en ouderenorganisaties. Op scholen kun je bijvoorbeeld schaduwverkiezingen organiseren zodat jongeren zich kunnen warmlopen.

Tot slot, de jury bestond uit 3 personen waarvan 2 raadsleden. Een beetje ongelukkig want laat de gemeenteraad nu juist de instantie zijn die de kiezer de laatste jaren onvoldoende naar de stembus kon verleiden. Vandaar dat er dus een wedstrijd moest worden georganiseerd.

Gevoel van urgentie

Woensdag 03 september 2014

eric leltz

De gemeente Emmen heeft zichzelf uitgeroepen tot “windmolen vrije gemeente” maar is door de provincie teruggefloten en wordt nu gedwongen om mee te werken aan het plaatsen van windmolens. Emmen dacht de toekomst nog even voor zich uit te kunnen schuiven. Kennelijk is de noodzaak voor het opwekken van duurzame energie daar nog niet echt doorgedrongen. Voor het creëren van een “gevoel van urgentie” kan nog worden geleerd van de Telecom providers.

Niet geheel toevallig beklaagde KPN zich onlangs over de mobiele bereikbaarheid van 112. Volgens hen is 112 in een gebied van 60.000 voetbalvelden niet mobiel bereikbaarheid. Dat is 1% van Nederland. Er zijn enkele duizenden zendmasten nodig om mobiele dekking in heel Nederland te kunnen garanderen. KPN is de publieke opinie alvast aan het mobiliseren want volgende week is hierover een hoorzitting in de 2de kamer.

Bij het “uitrollen” van het netwerk lopen de providers tegen 2 zaken aan:

  • De kosten van de installatie van de zendmasten
  • Het plaatsen van de zendmasten 

Voor het eerste willen ze dat de (provinciale) overheid bijspringt bij de minder rendabele zendmasten. Die komen dan te staan op plaatsen waar het bereik van 112 nu onvoldoende is. Wat het tweede punt betreft stuiten de providers nog al eens tegen weerstand vanuit de bevolking. Mensen hebben liever geen zendmast in de buurt. Niet alleen om esthetische redenen (horizon vervuiling) maar ook om gezondheidsredenen. Door nu aan de bel te trekken dat 112 niet altijd mobiel bereikbaar is, creëren ze een “gevoel van urgentie” waardoor bezwaren tegen zendmasten snel ondergeschikt raken en dus verdwijnen als sneeuw voor de zon. 

Het oproepen van een “gevoel van urgentie” gaat bij 112 wel eenvoudiger dan bij windmolens. Immers bij 112 gaat het over iets dat elders kan maar op bepaalde plaatsen nog niet. Dat voelt alsof ons iets wordt onthouden. Bij windmolens gaat het om het opwekken van energie. Maar dat kan nu ook al. Het verschil tussen fossiele en duurzame opgewekte energie is in de huiskamer niet echt merkbaar. Het plaatsen van windmolens zou veel gemakkelijker gaan als het wel iets merkbaars zou toevoegen. Zoals het plaatsen van elektriciteitspalen in het verleden nauwelijks problemen gaf omdat daar iets tastbaars tegenover stond: het (elektronisch) ontsluiten van een gebied.

Bij het plaatsen van windmolens is het enige argument om te overtuigen dat we er op de lange termijn niet aan ontkomen om duurzame energie op te wekken. Maar voor iemand die daar (nog) niet in gelooft, is dat geen sterk argument. Daar raak je wel de kern van duurzaamheid: over de korte termijn heen naar de toekomst kijken. Oftewel, voorkomen dat de oplossingen van vandaag de problemen van morgen zijn. Verder kijken dan de dag van vandaag is echter niet voor iedereen even gemakkelijk. En dan helpt, bij het overtuigen van mensen, het creëren van een “gevoel van urgentie”.

 

Archief



Rubrieken