Eric Leltz  RSS feed    

Geen gelopen race

Dinsdag 06 september 2011

eric leltz

Vorige week heeft de rechter in Arnhem zich uitgesproken in een zaak die is aangespannen door een ondernemer over de opgelegde reclamebelasting 2009 in het centrum van Ede.

De rechter is van oordeel dat de belastingaanslag moet worden vernietigd met als reden dat deze belasting niet aan iedere ondernemer is opgelegd. En dit is in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Deze uitspraak kan grote gevolgen hebben voor de gemeente Ede omdat dit kan betekenen dat de gemeente er 682.500 euro bij inschiet. Ik kom op dit bedrag door het aantal ondernemers (350) te vermenigvuldigen met het bedrag van de aanslag (650 euro) en dit over de afgelopen 3 jaar. En hier komt dan ook de rente bij over de door de winkeliers ten onrechte betaalde belasting.

Mijn fractie vraagt zich af wat de (financiële) gevolgen voor de gemeente Ede zijn van deze uitspraak. We hebben daarom de volgende vragen gesteld:

  1. Wat is de hoogte van de ten onrechte opgelegde reclamebelasting 2009?
  2. Wat zijn de kosten om dit bedrag weer terug te betalen aan de ondernemers?
  3. Hoe wordt omgegaan met de aanslagen van 2010 en 2011?
  4. Wat zijn de (financiële) gevolgen voor de Stichting Binnenstadsmanagement Ede (SBE) en de door haar geplande activiteiten?
  5. Het doel van de belastingheffing is “het werken aan versterken van Ede” zoals blijkt uit uw beantwoording van onze raadsvragen over dit onderwerp van 9 november 2009. Welke gevolgen heeft de uitspraak voor het beleid met betrekking tot citymarketing?
  6. Waarom is de raad nog niet door u ingelicht over de uitspraak?

Overigens verdwijnt het bedrag van de belasting niet in de gemeentekas maar wordt deze doorgesluisd naar de winkeliersvereniging. Zie mijn blog van 11 november 2009

De gemeente kan nog in hoger beroep gaan en hier is ook ruimte voor omdat het best wel eens zo zou kunnen zijn dat de uitspraak geldt voor de betreffende ondernemer en niet voor alle ondernemers. De rechtbank verklaart de verordening namelijk niet onverbindend. Ook kan de gemeente alsnog de belasting bij alle ondernemers heffen zodat ze voldoet aan het gelijkheidsbeginsel. Maar dan kan zij van die kant weer problemen verwachten. Kortom, het is nog geen gelopen race voor de ondernemers.

Belastend bericht over reclamebelasting

Woensdag 11 november 2009

 eric leltz

Op 1 januari van dit jaar is in Ede reclamebelasting ingevoerd. De winkeliers vereniging SBE heeft hier zelf om gevraagd. Zie mijn eerdere blogs op 20 mei 2008 en 24 november 2008. Het innen van een bijdrage van de winkeliers op vrijwillige basis aan activiteiten in het centrum kwam niet van de grond. Daarom is gekozen voor een verplichte gemeentelijke belasting die vervolgens wordt doorgegeven aan de winkeliers vereniging. Op deze wijze worden de zogenaamde “freeriders” in de wielen gereden. Deze “freeriders” zijn winkeliers die wel profiteren van allerlei voorzieningen maar hier niet aan meebetalen. De gemeente fungeert dus als doorgeefluik. Na drie jaar wordt deze regeling geëvalueerd. Om een en ander in goede banen te leiden is een convenant getekend tussen gemeente en SBE. Om belangenverstrengeling te voorkomen mogen commerciële uitvoerders van activiteiten voortvloeiend uit het convenant op geen enkele wijze een relatie hebben met de SBE. De uitvoering van deze belasting geeft echter veel onrust bij een deel van de binnenstad ondernemers. Recent ontvingen we zelfs berichten dat er sprake zou zijn van belangenverstrengeling. Daarom hebben we hierover samen met de fracties van Gemeentebelangen en D66 de volgende vragen gesteld aan het college: 

1.      Waarom zijn de aanslagen pas in juni 2009 verstuurd?

2.      Hoeveel aanslagen zijn verstuurd?

3.      Hoeveel bezwaarschriften zijn ingediend?

4.      Wat is het totaalbedrag van de aanslagen?

5.      Hoeveel is tot op dit moment aan u betaald?

6.      Zijn alle bezwaarschriften door u afgehandeld?

7.      Welk bedrag is al overgemaakt aan de SBE?

8.      Is u enige belangenverstrengeling bekend?             

 

Binnen een maand ontvangen we de antwoorden.

   

Niet iedereen is blij met de reclamebelasting

Maandag 24 november 2008

Deze week zijn de commissie vergaderingen ter voorbereiding van de raadsvergadering in december. Vanavond beginnen we met de commissie Algemene zaken en middelen. Meest in het oog springende agendapunten waren het onderzoeksrapport van de rekenkamercommissie over de Wet Waardering Onroerende zaken en de reclamebelasting in Ede centrum. Uit het rapport van de rekenkamercommissie bleek dat de waardering in tegenstelling tot wat werd gedacht vrij goed is verlopen. De verschillen in waardering met vorig jaar zijn ontstaan door het gebruik van een nieuw meet systeem. Daarnaast was de afdeling overgegaan van het uitbesteden van het meetwerk naar het in eigen beheer uitvoeren van het werk. Dit had grote gevolgen en dat had wel beter gecommuniceerd moeten worden. Wat de reclamebelasting betreft is aan de voorwaarden om dit in te voeren zoals de Raad die dit voorjaar heeft vastgesteld voldaan. Er is een referendum gehouden en voldoende deelnemers hebben aangegeven positief te staan tegenover het invoeren van de belasting. Het proces verbaal van het referendum riep wat vragen op want niet duidelijk was of alle stemmen wel waren meegenomen. Er kon gestemd worden via de post, fysiek bij de notaris en op drie informatieavonden. De indruk werd gewekt dat alleen deze laatste “stemmenstroom” was meegeteld. Dit bleek toch niet waar te zijn. Invoeren dus die belasting. De winkeliersvereniging heeft zelf gevraagd om het heffen van deze belasting want op vrijwillige basis kregen zij het niet voor elkaar om iedereen te laten meebetalen. Dan maar via een verplichte gemeentelijke belasting die vervolgens wordt doorgesluisd naar de winkeliers vereniging. Natuurlijk na aftrek van de kosten. Over deregulering hoor ik de winkeliers ineens niet meer. Op deze wijze worden de zogehete “freeriders” in de wielen gereden. Deze “freeriders” zijn winkeliers die wel profiteren van allerlei voorzieningen maar hieraan niet meebetalen. Na drie jaar is er een evaluatie. Dan moet maar gekeken worden of dit de juiste weg was en zo ja, probeer dan tariefdifferentiatie toe te passen bijvoorbeeld naar plaats van de winkel in het centrum, grote van de winkel en/of reclame uiting. Wel jammer dat de winkeliers zo verdeeld zijn. Een gemiste kans. Er is dus nog wel wat werk aan de winkel.

Een avond met de edese ondernemers

Dinsdag 20 mei 2008

Deze avond kwamen de ondernemers uit Ede centrum in het raadhuis bijeen. Er werd teruggeblikt en vooruitgekeken op de evenementen in het centrum, de ondernemersprijs werd uitgereikt aan “Sfeer en meer” als volgens het winkelend publiek beste ondernemer en verder gaf Daan Overeem, adviseur van de stichting binnenstadsmanagement, nog maar eens aan dat ontwikkelingen als uitdagingen moeten worden gezien. Als relevante ontwikkelingen zag hij:

  • Internet met interactieve dressingsrooms waarbij je zonder te passen kunt zien hoe de kleding staat,
  • mobiele informatie voorziening,
  • kopers die zich verenigen om kortingen te bedingen,
  • fora waarbij klanten informatie delen

De prioriteit moet volgens hem liggen op het binnenhouden van de Edenaar. Daarna kun je het vizier regionaal richten door anderen naar Ede te halen. Interessant in het kader van de discussie over het ondernemersfonds, een belasting die de gemeente heft en vervolgens doorsluist naar de ondernemersvereniging, was de voordracht van de heer Hendriks van de kamer van koophandel. Voor de omweg van belastingheffing door de gemeente, is gekozen om “freeriders” in de wielen te rijden. Deze freeriders profiteren wel van allerlei sfeerverhogende maatregelen als bijvoorbeeld extra verlichting, een sinterklaas intocht en bloembakken maar betalen hier niet aan mee. Het werd mij altijd gezegd dat vooral de grote jongens freeriders zijn maar in een gesprek met Ties Meeuwissen scheidend voorzitter van de ondernemersvereniging Ede centrum, bleek dat het toch ook wel om de minder grote jongens gaat. Anders kan ik niet verklaren dat slecht 120 van de 300 winkeliers mee betalen. Deze vorm van inning is natuurlijk een paardenmiddel en dan heb ik het nog niet over of de gemeente zich wel hiervoor moet lenen. In feite zou de ondernemersvereniging zoveel toegevoegde waarde moeten hebben dat iedereen graag meedoet en het geld er graag voor over heeft. Het is ook een kwestie van solidariteit. Juist als een percentage winkeliers niet meedoet gaan anderen twijfelen. Dan wordt het een glijdende schaal. Uit de praktijk voorbeelden kwam duidelijk naar voren dat je de inning simpel moet houden want anders ben je veel administratiekosten kwijt. Dus één tarief en geen differentiatie naar plek in het centrum, grootte van de reclame uiting of omzet. Dat dit nog niet zo eenvoudig is bleek wel uit de vragen die de presentatie opriep. Een deel van de ondernemers toonden zich kruidenier en gingen in discussie over wat nu het kerncentrum is en wat de periferie. En de periferie wil natuurlijk minder betalen. Dit zijn wel punten die moeten worden opgelost anders wordt het niks in het centrum.

 

Archief



Rubrieken