Eric Leltz  RSS feed    

Investeren in het openluchttheater

Zaterdag 29 augustus 2009

eric leltz

Het openluchttheater bestaat volgend jaar 75 jaar. Een mooie gelegenheid om deze locatie eens extra in het zonnetje te zetten en dus optimaal te gebruiken. Er zijn al diverse plannen voor mooie uitvoeringen waar veel Edenaren maanden vooraf voor zullen oefenen en dit zorgt weer voor plezier en verbondenheid. Maar bij mooie uitvoeringen hoort ook een mooie en goed onderhouden locatie.

Op 24 augustus hebben de provincies en minister Plasterk van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 38 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de restauratie van rijksmonumenten. Hiermee geven ze in een economisch moeilijke tijd een impuls aan de regionale werkgelegenheid en dragen ze tegelijkertijd bij aan de instandhouding van cultureel erfgoed.  Hierbij is gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak, één van de speerpunten in de modernisering van het monumentenbeleid. De provincies bepalen welke restauratieprojecten daarvoor in aanmerking komen. Minister Plasterk betaalt de ene helft, de regio draagt, onder leiding van de provincie, eenmalig de andere 50% bij.

De fracties van D66 en GroenLinks/PE hebben hart voor kunst en cultuur in de gemeente Ede en zien dan ook in bovenvermelde afspraken tussen de Rijksoverheid en de provincies mogelijkheden om in het bijzonder het openluchttheater in Ede te renoveren c.q. restaureren. Het openluchttheater is immers een rijksmonument. De fracties hebben daarom het college van B&W geattendeerd op de subsidiemogelijkheid en vragen het college of zij bereid is om op korte termijn in overleg te treden met de provincie Gelderland om haar er toe te bewegen om gelden voor de renovatie/restauratie van het openluchttheater ter beschikking te stellen.

    

Een schot voor de boeg

Zondag 16 augustus 2009

   

eric leltz

   

De verkiezingen komen er aan en dus is het weer tijd voor mooie beloftes. Ook GroenLinks/Progressief Ede zal weer een aantal actiepunten aan het papier toevertrouwen. En natuurlijk moet het niet bij beloftes blijven maar komt het er juist op aan om die beloftes om te zetten in concrete stappen. Ik heb de beloftes uit ons vorig verkiezingsprogramma eens op een rijtje gezet en weggestreept wat we hebben bereikt. Dan valt mij dat niet tegen. Ik daag u uit om dat ook te doen. Maar het zegt natuurlijk niet alles, want het hangt ook samen met wat je beloofd. Als je weinig beloofd is de kans dat je de beloftes inwilligt wel wat groter dan wanneer je veel beloofd. En of je het waarmaakt hangt ook sterk af van je positie in de politiek: oppositie of college. In dat laatste geval is het weer wat gemakkelijker. Het komt dus aan op het vinden van een goede balans. Ons programma voor de periode 2010 tot 2014 staat nog in de steigers maar in een houtskoolschets zal ik neerzetten waar wij voor staan.

We hanteren twee invalshoeken: sociaal en natuur. Bij beide invalshoeken zal duurzaamheid door klinken waarbij duurzaamheid staat voor “oog voor de lange termijn”. Dat is de “stip op de horizon” waar wij al vaak aan hebben gerefereerd. Je moet een doel voor ogen hebben. Daar klinkt de lange termijn in door. Maar niet alleen het doel is van belang, ook de weg er naar toe is relevant. Hoe denken we onze doelen te behalen? En dan gaat het ook om de korte termijn. Kleine stapjes zonder echter de lange termijn uit het oog te verliezen. Dit betekent ook dat de actiepunten een samenhangend pakket zullen vormen en geen samenraapsel is van incidentele maatregelen die elkaar soms zelfs tegenspreken. Belangrijk is dat de gemeente haar inwoners faciliteert. Geef mogelijkheden om het leven in te vullen. En daar waar iemand dat zelf niet zo gemakkelijk kan heb je een duwtje nodig. En daar waar je het zelf wel kunt moet er niet teveel in de weg worden gelegd. In dat kader mogen een aantal gemeentelijke regels nog wel eens tegen het licht worden gehouden om daarna overboord te worden gegooid. De andere kant is dat het niet benutten van kansen of het aan de laars lappen van de weinige regels die er dan zijn, niet wordt getolereerd. En dit zullen we zichtbaar maken.

Om de kans te vergroten om onze beloftes waar te maken moeten we dus zoveel mogelijk zetels dus stemmen bemachtigen. Daar heeft de fractie de voorbije drie en half jaar al hard aan gewerkt. Daar zullen we het komende halfjaar ook weer hard voor werken. Maar ook u kunt daar in grote rol in spelen. Speelt u met ons mee?

     

Warmtevoorziening in Kernhem B

Woensdag 05 augustus 2009

 

eric leltz

 

De gemeente Ede ontwikkelt de komende jaren de nieuwbouwlocatie Kernhem, fase B. In totaal worden in dit project ca. 1.920 woningen ontwikkeld. De gemeente heeft de ambitie om Kernhem op een duurzame manier te ontwikkelen. Recent is er voor gekozen om de wijk door middel van individuele warmtepompen en individuele bodemwisselaars te voorzien van warmte, warm tapwater en koeling. Onlangs heeft de gemeente Ede een scan in de markt uitgezet om inzicht te krijgen in de kosten van het organiseren en het exploiteren van warmtepompen met individuele bodemwisselaars. Een van de gevraagde partijen, Eneco is in samenwerking met het energieadvies bureau Ecofys zeer kritisch op de door de gemeente Ede gekozen optie van individuele warmtepompen met individuele bodemwisselaars. Zo stelt Eneco dat:

  • Gezien de omvang van het project Kernhem is er bij toepassing van individuele bodemwarmtewisselaars een zeer reëel gevaar dat deze elkaar thermisch gaan beïnvloeden. Dit zal resulteren in alsmaar lager wordende temperaturen waarmee de werkelijke COP (coëfficiënt of performance) van de warmtepomp duidelijk achteruit zal gaan,
  • Juist vanwege deze thermische beïnvloeding is het gebruik van bodemwarmtewisselaars ook niet gebruikelijk bij grote projecten (meer dan 650 woningen), 
  • Bij individuele systemen zijn veel boringen nodig (ca. 2-3 per woning). In totaal zouden dit dus ca. 3.800-5.700 boringen zijn waar iedere keer door de kleilaag heen moet worden geboord. Het risico van lekkage van grondwater tussen de kleilagen is hierbij aanwezig waardoor de ondergrond onherstelbaar wordt beschadigd,
  • Provincies staan over het algemeen zeer kritisch ten opzichte van het gebruik op grote schaal van bodemwarmtewisselaars,
  • Open bron systemen zullen voor een project van deze omvang zowel milieutechnisch als economisch beter presteren dan bodemwarmtewisselaars,
  • Open bron systeem kennen niet het door Ecofys voor Kernhem groot geachte risico van uitkoeling van de bodem waardoor het milieurendement daalt en de energiekosten voor de bewoners stijgt.

Naar aanleiding hiervan hebben wij de wethouder gevraagd wat zijn visie is op de door Eneco en Ecofys genoemde problemen, op welke wijze bij de keuze voor warmtepompen met individuele bodemwisselaars rekening is gehouden met de genoemde problemen en hoe deze problemen worden ondervangen.

     

 

Archief



Rubrieken