Eric Leltz  RSS feed    

Waar ligt Ede?

Vrijdag 27 februari 2009

 citymarketing

Steeds meer Nederlandse steden doen aan citymarketing. Ze bedenken een hip imago, verzinnen een pakkende slagzin en prijzen zich vervolgens aan. Zo hopen ze toeristen en bedrijven te trekken. Maar een goed imago en een goed klinkende slogan zijn niet voldoende.

Eigenlijk is citymarketing pure marketing met de stad als het product en moet je als bestuurder dus eerst stil staan bij vragen als:

 

·        Waar zijn we goed in?

·        Wat willen we zijn?

·        Waarin onderscheiden we ons?

·        Wie willen we bereiken?

·        Wie zijn onze concurrenten?

·        Welke boodschap willen we uitstralen?

·        Hoe pakken we dat aan?

 

Het gaat dus om een goed inzicht in de markt, de concurrenten en de doelgroepen. En om positionering: waar staat de stad voor, wat zijn de functionele en emotionele waarden die passen bij het beeld van de stad? En dan kom je dus uit op de marketingmix: product, prijs, plaats en promotie. Waarbij het bij 'plaats' niet gaat om de stad maar op de wijze hoe de stad en haar bewoners en bedrijven zich presenteren in de markt.

Vandaag was ik bij een lezing van Gert-Jan Hospers, universitair docent aan de Universiteit Twente, over citymarketing. Het viel me wat tegen want de lezing bleef hangen in stadspromotie of imagomanagement. Eén dimensionaal citymarketing zullen we het maar noemen. Als je het echt over citymarketing hebt dan richt een stad zich niet alleen op promotie maar maakt het een koppeling met de stedelijke ontwikkeling. De beleving in de stad moet dan consistent zijn met de boodschap die wordt uitgedragen. Het is dan van belang dat het opgeroepen beeld overeenkomt met wat de stad te bieden heeft. De lezing kwam helaas niet verder dan gemeenplaatsen als “bekend maakt bemind” en “maak duidelijk dat het museum Kröller-Müller tot Ede behoort”. Hospers stelde zelfs dat als je de bevolkingskrimp niet belangrijk vind, je niet aan citymarketing hoeft te doen. Alsof je alleen maar aan citymarketing doet om bewoners binnen te halen. Het binnen halen van meer toeristen kan toch ook een reden zijn? Dat is ook een meer voor de hand liggend doel. En dat we duidelijk moeten maken dat het Kröller-Müller museum tot Ede behoort, klinkt wel logisch maar is het dat ook? Waarom zal een chinees, japanner of Amerikaan moeten weten dat het museum op edes grondgebied staat? Wat is daarvan de meerwaarde? Beïnvloed dat de keuze wel of niet naar het museum gaan?

 

Op weg naar een museumbeleid

Vrijdag 20 februari 2009

 

historisch museum Ede

 

Deze week hebben de fracties van D66 en GroenLinks/PE gezamenlijk een initiatiefvoorstel ingediend om te komen tot een afgewogen museumbeleid. Hierbij wordt gestreefd naar een hoog ambitieniveau ten aanzien van kunst en cultuur in het algemeen en de musea in Ede in het bijzonder. Bij dit voorstel hebben we een handreiking museumbeleid gevoegd. Dit is een nadere uitwerking van de door het college geschreven kadernotitie museumbeleid.

In de handreiking hebben we uitgangspunten geformuleerd om te komen tot het blijvend versterken van de gesubsidieerde musea in Ede. Daarvoor dienen de musea te voldoen aan de volgende basiseisen:

  • het bezitten van een institutionele basis;
  • het bezitten van een stabiele financiële basis;
  • het beschikken over een op schrift gesteld beleidsplan;
  • het beschikken over een collectie;
  • het beschikken over een collectieregistratie;
  • het zorg dragen voor het behoud van de collectie;
  • het (laten) doen van onderzoek naar de collectie;
  • het beschikken over basisvoorzieningen voor het publiek;
  • het beschikken over gekwalificeerde medewerkers.

Deze basiseisen zijn algemeen aanvaard in Nederland en opgesteld door de Stichting Nederlands Museumregister. In de subsidiecontracten dient hieraan specifiek aandacht te worden besteed.

Met betrekking tot de mogelijk museale functie in Ede-Oost zijn in de kadernotitie twee opties gepresenteerd: één met de nadruk op het cultureel erfgoed en één met een verbeelding van het ‘nieuwe’. In grote lijnen zijn dit goede uitgangspunten. In de kadernotitie wordt ingegaan op een nog nader uit te werken “exposeum”. Het exposeum is een combinatie van twee functies: een kunsthalconcept gecombineerd met een museale functie. 

In de handreiking benoemen we de volgende aandachtspunten ten behoeve van het exposeum:

 

  • een van meet af goede, degelijke financiële onderbouwing;
  • een deugdelijk bedrijfsplan;
  • een actieve rol van de gemeenteraad;
  • een haalbaarheidsonderzoek dient voorzien te zijn van een gedegen financiële paragraaf;
  • het in de handreiking gehanteerde begrip “cultureel erfgoed” dient uitgangspunt te zijn bij het exposeum; door middel van het hanteren van dit begrip wordt de verbinding naar het heden gelegd;
  • medehuisvesting van het Historisch Museum in het exposeum kan mogelijk zijn, zonder verhoging van de huisvestingslasten voor dit museum.

Nog dit voorjaar zal de raad het museumbeleid vaststellen. Aan de fracties van D66 en GroenLinks/PE om er voor te zorgen dat de ideeën uit de handreiking hierin een prominente plaats krijgen.

Blijf zitten waar je zit en verroer je niet

Dinsdag 17 februari 2009

 

verstoppertje               

 

Het lijkt er op als of het edese college van B&W het kinderrijmpje “blijf zitten waar je zit en verroer je niet” als strategie voor de kredietcrisis gebruikt. Als je je maar rustig houdt, gaat de crisis misschien wel aan Ede voorbij, zo wordt wellicht gedacht.

Reeds in het najaar van 2008 heeft mijn fractie aangegeven dat er een plan van aanpak moet komen om de naderende economische crisis het hoofd te bieden. In het najaar was er ‘alleen nog maar’ sprake van een kredietcrisis maar iedereen met een beetje economisch inzicht kon toen al zien dat de crisis zich zou uitbreiden naar de reële economie. Vandaar onze vragen. We kregen echter geen reactie van het college. In januari van dit jaar hebben daarom maar zelf een aanzet gegeven in het pamflet “maak van een kikker een prinses”. Hierin stonden 5 concrete maatregelen die op korte termijn al lucht geven. Ook kan het college hiermee aangeven dat zij de zorgen van haar burgers herkent en erkent. Maar zelfs dit pamflet kon het college niet in beweging brengen. Daarom hebben we vandaag nogmaals een brief gestuurd met de mededeling dat we toch graag een reactie zien op onze drie (!) eerder gestuurde brieven. Wellicht dat de tot drie keer herhaalde opmerking in deze brief “misschien is de brief aan uw aandacht ontsnapt” enige rimpeling in de gemeentelijk vijver kan brengen.  

Dit soort stroperigheid doet mij verlangen naar een Groenlinks/PE in het college. Dan had er allang een actieplan gelegen. Pro actief besturen noem ik dat. Een bestuursstijl die past bij een college met zelfvertrouwen. Een college die haar verantwoordelijkheid neemt en haar burgers en haar stad serieus neemt. Op deze wijze laat een bestuurder zien dat daar waar dreigingen zijn ook altijd kansen liggen.

 

De waan van de dag

Zondag 08 februari 2009

waan van de dag

In Edestad van vorige week was uitgebreid het podium ingeruimd voor CDA fractievoorzitter Komdeur. Hij stelde dat je wel kunt zien dat de verkiezingen er aan komen want veel partijen leven bij de waan van de dag. Deze stelling ondersteunde hij met opmerkingen als “fracties sturen brieven die eigenlijk niets meer zijn dan overgeschreven landelijke circulaires”, “fracties stellen vragen maar hebben geen belangstelling voor het vervolg” en “sommigen houden een weblog bij”.

Komdeur gaf aan de eerste te zijn om toe te geven dat zijn partij hier ook aan mee doet. En dat is geheel terecht. Maar geef dan zelf ook het goede voorbeeld. Laat dan zien dat je zelf wel verder wil kijken dan de waan van de dag. En juist daar wringt de schoen. Want was het niet zijn eigen CDA die in de raadsvergadering van januari samen met de PvdA, Christen Unie en Gemeentebelangen een motie “vreemd aan de orde” indiende op grond van een visitatie bezoek een (1!) dag eerder aan het sociaal pension van het Leger des Heils? En moest de Raad nu niet anderhalf uur ergens over praten terwijl een deel van de Raad van niets wist omdat zij de motie niet eerder hadden kunnen inzien? Hadden de indieners niet even “de waan van de dag” achter zich kunnen laten om gewoon de normale weg te bewandelen? Dus terugrapporten van de bevindingen uit de visitatie aan de overige raadsleden in de commissie en dan eventueel met een motie komen waar andere fracties ook aan mee kunnen doen.

Het is voor een partij die in de coalitie zit zeer goedkope retoriek om te stellen dat fracties dingen roepen en geen aandacht voor het vervolg hebben. Fracties in de oppositie kunnen proberen om zaken hoger op de agenda te zetten. Daar dienen de brieven voor. En als daar landelijke circulaires voor worden gebruikt is dat helemaal geen bezwaar. We leven in een kenniseconomie en hoeven het wiel in Ede niet steeds opnieuw uit te vinden. Hergebruik gewoon elders verworven kennis en spits dat toe op de edese situatie. Daar is niets mis mee. Om het vervolgens ook tot een snelle uitvoering te laten komen is het goed als B&W de aangereikte signalen oppikt. Juist daar laat zijn eigen CDA nog wel eens een steek vallen. Denk aan de thuiszorg waar op 21 januari jongstleden nog 140! mensen verstoken waren van huishoudelijk hulp. GroenLinks/PE heeft hierover meerdere mails en brieven gestuurd. Ook heeft mijn fractie hier in de raadsvergadering van januari aandacht voor gevraagd.

Met dit in het achterhoofd doen de woorden van de heer Komdeur wat wereldvreemd aan. Of is de aanval dan toch de beste verdediging?

 

Archief



Rubrieken