Eric Leltz  RSS feed    

Maandag 18 september2006

Vrijdag 22 september 2006
Dit keer was ik welkom bij de brandweer. In een aantal presentaties werd me duidelijk gemaakt dat de brandweer niet alleen bij brand in de weer is. Per dag rukt de brandweer gemiddeld twee en een halve keer uit voor brand. De rest van de tijd worden er andere activiteiten uitgevoerd. Deze activiteiten zijn veelal van preventieve aard zoals het beoordelen van omgevingsvergunningen en de brandveiligheid van gebouwen. Een belangrijke activiteit is ook het terugdringen van loze meldingen. Dit wordt gedaan aan de hand van voorlichting, aanschrijving van de melders en handhaving. We zijn aan de hand van een case ingegaan op het rampenplan van de gemeente. En omdat een ramp zich niet aan de gemeentegrens hoeft te houden heeft het plan een sterke regionale karakter. De brandweer heeft ongeveer 60 beroepsmedewerkers en 130 vrijwilligers. De beroepsmedewerkers hebben naast de primaire brandweer taak, het uitrukken voor het blussen van een brand, ook nog andere taken zoals bijvoorbeeld het onderhouden van het wagenpark en de apparatuur, geven van voorlichting en het rijden op de ambulance. Wat de vrijwilligers betreft vormt de regelgeving een steeds hogere horde. Het is al moeilijk om aan gemotiveerde vrijwilligers te komen want er wordt best wel wat gevraagd van hen. Zij moeten niet alleen bereid zijn om bij nacht en ontij beschikbaar te zijn, ook moeten zij binnen een straal van 2 minuten wonen in de buurt van de brandweer kazerne. Dat vraagt dus best wat opofferingen in het sociale leven. De brandweer kost de gemeente ongeveer 48 euro per inwoner. Dat is een paar euro onder het landelijk gemiddelde. Door een toename van opleidingen, oefeningen, controle & handhaving en het voldoen aan de arbeidstijdenwet zullen deze kosten de komende jaren toenemen. De centrale overheid is bezig met een centralisatieslag. De Edese brandweer heeft hier moeite mee omdat 90% van de dagelijkse activiteiten bestaat uit lokaal werk. De centralisatie kan dan tot gevolg hebben dat de schaduwkanten hiervan zoals minder betrokkenheid en motivatie, reactievermogen op incidenten en flexibiliteit de boventoon gaan voeren. Aan het eind van de avond heb ik vanuit een hoogwerker mogen aanschouwen dat Ede ook vanuit de lucht mooi is.
Geplaatst in dagboek | Er zijn geen reacties

Vrijdag 22 september 2006

Vrijdag 22 september 2006
In het gemeentehuis was de jaarlijkse bijeenkomst van de geestelijke verzorging in rampomstandigheden. Na een inleiding van de burgemeester gaf ds. Peter ’t Hoen aan de hand van een reportage van TV Gelderland over het spoorwegongeval op 7 juni 2006 in Ede een aangrijpend relaas van de eerste minuten na het ongeval. Toevalligerwijs was de heer ’t Hoen als eerste ter plekke maar werd wel meteen weggestuurd toen na een paar minuten de hulpverleners kwamen. Daarna gaf mevrouw de Ruijter van “Impact”, een landelijk kennis- en adviescentrum voor psychologische hulp na rampen, een inleiding. Zij definieerde een ramp als een ontwrichting van de infrastructuur. Hierbij is per definitie veel aandacht voor het moment van de ramp maar veel minder voor de nazorg. Dit terwijl hier wel veel behoefte aan is. Impact heeft over de afwikkeling van rampen een boekje uitgebracht waarbij de nadruk ligt op het gestructureerd improviseren. Dit boekje is ook naar alle raadsleden gestuurd. Daarna kwam mevrouw Ribbers van “Kerk in actie” aan het woord. Zij vroeg naast de formele kant van de zaak zoals het hebben van protocollen ook aandacht voor de meer informele kant van de zaak. Mensen gaan elkaar bij rampen spontaan helpen en dat kan goed gefaciliteerd worden. De kerken kunnen dit bijvoorbeeld doen door de deuren van de kerk open te doen en het kerkgebouw ter beschikking te stellen aan de hulpverleners. Opvallend in de toespraak van de burgemeester was dat hij eerst een grap maakte over de scheiding van kerk en staat maar dat we dat met deze bijeenkomst in de raadszaal wellicht niet goed doen. Vervolgens haalde hij een brief van minister Remkes aan waarin staat dat het uitspreken van het ambtsgebed aan het begin van een raadsvergadering in strijd zou kunnen zijn met de scheiding van kerk en staat. Gevolg kan zijn dat de genomen besluiten niet rechtsgeldig zijn. In het kader van de te voeren discussie over het ambtsgebed in de komende raadsvergadering wel een interessante opmerking.
Geplaatst in dagboek | Er zijn geen reacties

Maandag 11 september 2006

Dinsdag 12 september 2006
In de middag kwam het Presidium bijeen. Een agenda met veel punten, maar gelukkig hoefden we niet bij alle punten even lang stil te staan. We bleven wat langer stil staan bij de nabespreking van de behandeling van de Meerjarenbeleidsvisie, het werkbezoek van de Commissaris van de Koningin aan Ede op 28 september aanstaande en de integriteit van raadsleden. Dit laatste punt stond niet zomaar op de agenda. Het had te maken met een incident waarbij een van de raadsleden in een dubbelrol als raadslid en medewerker van een bedrijf uit Ede al of niet bewust betrokken is geraakt. Het is goed dat de besproken wordt omdat een raadslid iedere schijn van belangenverstrengeling moet vermijden. Om die reden hebben we ook afgesproken dat een en ander breder besproken gaat worden met de gehele raad. ’s-Avonds was er een extra fractievergadering waarbij het door Ap en Hans uitgewerkte werkplan voor het komende jaar besproken is. In dit werkplan staat aangegeven hoe we het contact met onze achterban kunnen verbeteren en verstevigen. Op een paar aanpassingen na is dit plan goedgekeurd.
Geplaatst in dagboek | Er zijn geen reacties

Dinsdag 12 september 2006

Dinsdag 12 september 2006
Vandaag stond een afspraak met de heer Weijers van busmaatschappij BBA op het programma. Een tijd geleden gaf GroenLinks lid Leo Langeveld mij een ontwerp van een buslus door Ede. Het is een manier om de Edese wijken te ontsluiten met het openbaar vervoer. Ik vind het een interessant idee en wil daar wel aandacht aangeven. Om die reden heb ik het al een keer in de gemeenteraad aangekaart. Maar omdat de busmaatschappij als concessiehouder natuurlijk ook een belangrijke rol speelt is het ook handig om hun licht eens over het plan te laten schijnen. Dan komen ook economische factoren aan bod. Belangrijk uitgangspunt voor BBA is dat een dienstregeling helder, duidelijk en eenduidig is. Daarom is het van belang dat bussen ieder uur op hetzelfde tijdstip bij de halte zijn. Ook de frequentie van de dienst speelt een belangrijke rol. De bus moet in de stad overdag minimaal twee keer per uur langskomen. Anders kunnen de mensen niet echt op de bus rekenen en zullen dan ander vervoer regelen. Uit economisch oogpunt mag de buslus niet langer duren dan circa 55 minuten zodat dezelfde bus ook weer aan het nieuwe rondje kan beginnen. Dat scheelt in de kosten. De 5 minuten speling kan dan worden gebruikt worden voor het afzetten van de passagiers bij het station en het weer toelaten van nieuwe passagiers die net met de trein zijn aangekomen. Voor de busmaatschappij is het steeds weer een keuze tussen oppervlakte ontsluiting of frequenter rijden. In het eerste geval komt de bus op zoveel mogelijk plaatsen en in het laatste geval rijdt de bus zo vaak mogelijk. Mensen hebben liever een grotere loopafstand tot de bushalte maar wel een frequente verbinding dan een korte loopafstand maar een minder frequente verbinding. Als maximale loopafstand geldt dan 600 meter. De buslus is een voorbeeld van oppervlakte ontsluiting. De grootste gebruikers van het Edese busvervoer zijn forensen die tussen 7 uur en 9 uur en tussen 16.00 uur en 19.00 uur gebruik maken van de bus. Voor deze doelgroep is snelheid het belangrijkst. Zij willen zo snel mogelijk bij hun doel zijn. Meestal is dit het station. Voor hen is de buslus dus minder interessant. Om de lus rendabel te maken moeten de passagiers dus ergens anders worden gezocht. Afgesproken is dat de heer Weijers de plussen en de minnen van de buslus op een rijtje zet en dit dan weer terugkoppelt naar ons.
Geplaatst in dagboek | Er zijn geen reacties
<< 1[2]34 >>

Archief



Rubrieken


Made by DeeWeeDee